Ga verder naar de inhoud
Rapporten Externe auteurs

Juridische aspecten eigen aan de onderneming in de sociale economie. Onderzoeksdeel 2: harmonisatie van de statuten - Sociale economie en Europa

22 jun. 2009 — A. Coates

Beschrijving

In het eerste onderzoeksdeel over de juridische aspecten eigen aan de onderneming in de sociale economie, concludeerden we dat er binnen de Belgische regelgeving nog juridische belemmeringen zijn voor organisaties in de sociale economie. Zo wordt de markttoegang door het Vzw statuut zwaar op de proef gesteld en blijft het VSO statuut problematisch.

Er is echter nog regelgeving die een zware impact heeft op de sector: de Europese regelgeving. Uit recent onderzoek over sociale en gezondheidsdiensten van algemeen belang in de EU uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie, blijkt echter dat veel organisaties op het nationaal niveau niet bewust zijn van de “Europese invloeden” of ze toch niet aanzien als van groot belang. Niets is echter minder waar. De aanwezigheid van een “solidariteits”- of van een “non-profit” element is immers niet altijd een geldig argument meer om te ontsnappen aan de toepassing van de Europese regelgeving.

In het kader van de strategie van Lissabon is de Europese Commissie ingegaan op de uitnodiging van de Europese Raad om een beleid op te zetten met als doel de hinderpalen voor het vrij verkeer van diensten en de vrijheid van vestiging van dienstverrichters uit de weg te ruimen. De dienstenrichtlijn was geboren. Diensten kunnen echter van allerlei aard zijn en er kan zelfs sprake zijn van een “mix” van mededinging, solidariteit en algemeen belang.

Er stelt zich dan ook een tweevoudige vraag. Ten eerste of Europa al deze diensten over één kam mag scheren, ten tweede welke belemmeringen van het vrij verkeer zijn toegestaan. Er stelt zich echter niet enkel een mogelijk probleem inzake de dienstenrichtlijn. Ook het mededingingsrecht speelt een rol. Inzake staatssteun voor (sociale) diensten stellen zich onder andere de volgende vragen: Mogen diensten van algemeen (economisch) belang met overheidsgeld worden gefinancierd, hoever mag men hierin gaan en welke beperkingen van de mededingingsregels zijn gerechtvaardigd in het kader van het “algemeen belang?”
Er werd geluisterd naar de bedenkingen van de Europese, de federale en de Vlaamse overheden, naar de deelsectoren of actoren uit de sociale economie alsook naar de academische wereld.

Referentie

Coates, A. (2009). Juridische aspecten eigen aan de onderneming in de sociale economie. Onderzoeksdeel 2: harmonisatie van de statuten - Sociale economie en Europa (WSE Report 13-2009). Leuven: Steunpunt Werk en Sociale Economie.