Kinderopvang voor baby's en peuters en de link met de tewerkstelling van de ouders

Er bestaat een belangrijke link tussen het gebruik van formele kinderopvang en de tewerkstelling van de ouders. Werk is dé prioritaire reden om beroep te doen op kinder opvang. De gebruikers van kinderopvang zijn veel vaker aan het werk (en werken vaker voltijds) dan niet-gebruikers van kinderopvang. De verschillen zijn groter bij moeders dan bij vaders, waardoor formele kinderopvang ook bijdraagt aan de gendergelijkheid op onze arbeidsmarkt. Ook toont zich een grote sociale kloof tussen gebruikers en niet-gebruikers van formele kinderopvang, die aantoont dat knelpunten in de toegankelijkheid van formele kinderopvang voor bepaalde gezinnen blijven bestaan. Niet alle ouders hebben een tewerkstelling die het mogelijk maakt om het werk te combineren met formele kinderopvang (bijvoorbeeld flexibiliteit in de werkuren, geen vroege of late uren of geen weekendwerk, een stabiele werksituatie of de mogelijkheid om deeltijds te werken) of kunnen aanvullend terugvallen op informele kinderopvang. Uit de bevraging van niet-gebruikers van formele kinderopvang komen diverse drempels voor het gebruik ervan naar voren: een beperkt vertrouwen in de kwaliteit van de kinderopvang, een te hoge (gepercipieerde) kostprijs, beperkte beschikbaarheid van (inkomensgerelateerde) opvangplaatsen, onvoldoende flexibiliteit in de opvanguren of in de termijn waarop men een opvangplaats dient te reserveren, of onvoldoende ruime openingstijden. Het onderzoek toont aan dat het wegnemen van deze drempels een belangrijke impact kan hebben op de Vlaamse arbeidsmarkt.