Ga verder naar de inhoud
Rapporten

Onderzoek bedrijfsinterne loopbaantransities

14 mrt. 2011 — Sarah Vansteenkiste - M. Verbruggen

Beschrijving

Via dit onderzoek willen we zicht krijgen op de antecedenten en de effecten van bedrijfsinterne loopbaantransities. Met “bedrijfsinterne loopbaantransities” doelen we op alle soorten jobveranderingen die een werknemer doormaakt bij zijn werkgever. Het kan daarbij gaan om promoties, maar ook om demoties, verandering van soort werk, verandering van afdeling of van werklocatie.

Rond bedrijfsinterne loopbaantransities is nog niet zoveel onderzoek verricht. Tegelijk wordt er vaak vanuit gegaan dat bedrijfsinterne transities – en een goed loopbaanbeleid in het algemeen – positief zijn voor zowel de onderneming als voor de werknemer. Zo veronderstelt men bijvoorbeeld dat een organisatie door het aanbieden van interne transitiemogelijkheden de betrokkenheid van de werknemers kan verhogen en zo het vrijwillig verloop kan beperken. Het aanbieden van loopbaanmogelijkheden wordt zo een manier om de kennis en know-how van de medewerkers binnen de onderneming te houden (DeLong, 2004). Daarnaast gaat men ervan uit dat interne loopbaantransities zorgen voor een kennisverruiming van de werknemers. Werknemers die een transitie hebben doorgemaakt, hebben immers de competenties om meerdere jobs binnen de organisatie uit te oefenen. Hierdoor neemt hun inzetbaarheid binnen de organisatie toe, wat op zijn beurt kan leiden tot een verhoging van het aanpasvermogen van de organisatie zelf (Markham, Harlan & Hacket, 1987). Wat de voordelen voor werknemers betreft, worden interne loopbaantransities geacht te leiden tot een grotere jobtevredenheid, een hogere motivatie en een betere match tussen de werknemer en zijn werkomgeving. Het beperkte onderzoek rond bedrijfsinterne loopbaantransities lijkt deze veronderstellingen grotendeels te bevestigen (e.g. Kalleberg en Mastekaasa, 2001; De Vos en Dewettinck, 2008).

Via dit onderzoek willen we in de eerste plaats deze relaties opnieuw testen in een Belgische context. We willen bovendien verder gaan en de gevonden relaties dieper ontleden. Zo willen we onder meer bestuderen of de effecten van interne transities afhangen van de kenmerken van de transitie. Het lijkt immers aannemelijk dat promoties een andere invloed hebben dan demoties of veranderingen van werklocatie. Ook de mate waarin een individu een jobverandering vrijwillig ondernam of zich ertoe gedwongen voelde zou een invloed kunnen hebben. De invloed van dergelijke transitiekenmerken werd tot nu toe in onderzoek amper bestudeerd. Tot slot willen we in deze studie ook stilstaan bij de antecedenten van bedrijfsinterne loopbaantransities. Als interne transities inderdaad positieve effecten hebben voor de organisatie en de werknemers, is het immers belangrijk om zicht te hebben op wie bereid is dergelijke transities te ondernemen en op hoe de organisatie deze bereidheid kan beïnvloeden. We zullen daarbij bijzondere aandacht besteden aan de impact van het personeelsbeleid.

Referentie

Vansteenkiste, S., & Verbruggen, M. (2011). Onderzoek bedrijfsinterne loopbaantransities (WSE Report 10-2011). Leuven: Steunpunt Werk en Sociale Economie.